Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen zeide Paulus tot hem: God zal u slaan, [3]gij gewitte wand! Zit gij ook om mij te oordelen naar de wet, en beveelt gij, [4]tegen de wet, dat men mij zal slaan? 3. Dat is, gij geveinsde, gij die wel een priesterlijk kleed hebt, maar een wreed en onrechtvaardig hart. Zie Matth.23:27,28; deze woorden van Paulus moeten niet genomen worden voor scheldwoorden, Matth.5:22, of woorden van wraakgierigheid, of van vergelding van kwaad met kwaad, maar voor een ernstige bestraffing van dezen mens, en voor een vrijmoedige aanzegging van Gods oordeel over hem. Zie dergelijke 2 Tim.4:14. 4. Grieks de wet overtredende.